Door diverse programma’s worden knelpunten in het bestaande beleid gemeld. In het hoofdstuk Actuele ontwikkelingen is aangegeven hoe we hier in het kader van de begrotingsregels mee omgaan.
De programma’s geven aan dat zij in 2025 geen vrij besteedbare middelen hebben om een dekking te genereren voor de opgegeven knelpunten bestaande beleid. Voor 2025 zou dan het bedrag moeten worden gevonden door aanpassing van prestaties. Dit vinden wij niet wenselijk in het lopend jaar en stellen daarom voor de nadelen 2025 te dekken uit algemene middelen en daar waar het een structureel effect heeft te betrekken bij de Perspectiefnota 2026 - 2029.
(bedragen x €1.000) (-/- = nadeel) | |||||||
Nr. | Omschrijving | Programma | Structureel | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Hogere uitvoeringskosten | Openbare orde en veiligheid | Incidenteel | -73 | 0 | 0 | 0 |
2 | Go Ahead Eagles | Openbare orde en veiligheid | Incidenteel | -60 | 0 | 0 | 0 |
3 | Inkomsten (baten) horecaleges | Openbare orde en veiligheid | Incidenteel | -52 | 0 | 0 | 0 |
4 | Leges begraafplaatsen | Leefomgeving | Incidenteel | -75 | 0 | 0 | 0 |
5 | Energiekosten | Leefomgeving | Structureel | -350 | -50 | -50 | -50 |
6 | Nieuwe Markt (laatste fase Lebuinuspleinen) | Leefomgeving | Structureel | 0 | -38 | -38 | -38 |
7 | Haven | Leefomgeving | Incidenteel | -75 | 0 | 0 | 0 |
8 | Prauwbanken | Leefomgeving | Incidenteel | -45 | 0 | 0 | 0 |
9 | Decentralisatie uitkering bodembescherming 2023-2030 | Milieu en klimaat | Incidenteel | -112 | 0 | 0 | 0 |
9 | Decentralisatie uitkering bodembescherming 2023-2030 | Milieu en klimaat | Incidenteel | 112 | 0 | 0 | 0 |
10 | Stichting Ulebelt | Milieu en klimaat | Incidenteel | -281 | 0 | 0 | 0 |
11 | Reserve Gebiedsontwikkeling | Herstructurering en vastgoed | Incidenteel | -204 | 0 | 0 | 0 |
12 | Gebiedsmanagementkosten | Herstructurering en vastgoed | Incidenteel | -428 | 0 | 0 | 0 |
12 | Gebiedsmanagementkosten | Herstructurering en vastgoed | Incidenteel | 428 | 0 | 0 | 0 |
13 | Uitvoering bijzondere bijstand | Inkomensvoorziening en Arbeidsmarkt | Incidenteel | -75 | 0 | 0 | 0 |
14 | Ontwikkeling kosten jeugdzorg | Jeugd en onderwijs | Incidenteel | -6.882 | 0 | 0 | 0 |
14 | Ontwikkeling kosten jeugdzorg | Jeugd en onderwijs | Incidenteel | 945 | 0 | 0 | 0 |
15 | Kermissen | Economie en internationaal beleid | Incidenteel | -164 | 0 | 0 | 0 |
16 | Nieuwe aanbesteding opzetten van de markt | Economie en internationaal beleid | Incidenteel | -12 | 0 | 0 | 0 |
17 | Organisatieontwikkeling | Bedrijfsvoering | Incidenteel | -380 | 0 | 0 | 0 |
18 | Herhuisvestingsplan gemeentelijke organisatie | Bedrijfsvoering | Incidenteel | 0 | -59 | 0 | 0 |
18 | Herhuisvestingsplan gemeentelijke organisatie | Bedrijfsvoering | Incidenteel | 0 | 59 | 0 | 0 |
Saldo | -7.783 | -88 | -88 | -88 |
1. Hogere uitvoeringskosten
Recent is een functieherwaarderingstraject uitgevoerd voor functies binnen de teams ondernemen en vergunningen en toezicht & handhaving. Deze herwaardering is uitgevoerd, omdat de inschaling niet meer passend was bij de werkzaamheden. Deze werkzaamheden zijn bij beide teams complexer geworden, waardoor ook de inschaling passend gemaakt moest worden. Directie heeft conform het loonsomkader besloten dat deze hogere functiewaardering noodzakelijk is.
De functieherwaardering betekent een stijging van de uitvoeringskosten van €73.000 in 2025 en vanaf 2026 een bedrag van €114.000 structureel per jaar. Binnen programma Openbare orde en Veiligheid is geen dekking voor deze extra kosten. Ook is integraal gekeken naar alternatieve dekkingsmogelijkheden binnen de teamkostenplaatsen en andere programma's. Daar dit ook geen soelaas biedt, wordt een beroep gedaan op de algemene middelen. Voor de jaren 2026 en verder zal bij de perspectiefnota 2026-2029 een heroverweging worden ingediend.
2. Go Ahead Eagles
Go Ahead Eagles (GAE) zet dit jaar (opnieuw) goede prestaties neer. Op dit moment houden we rekening met de mogelijkheid dat GAE zich kwalificeert voor Europees voetbal. Dat kan betekenen dat GAE 4 wedstrijden in Europees verband moet spelen. Hiermee gaat een grote veiligheidsoperatie gepaard, waarin de gemeente een prominente rol heeft. Hiervoor is waarschijnlijk niet voldoende ambtelijke capaciteit beschikbaar, waardoor kosten voor inhuur gemaakt worden die niet in de begroting passen. Die kosten zullen naar verwachting tussen de €30.000 en €90.000 liggen (afhankelijk van hoeveel wedstrijden GAE speelt). Mocht het zo zijn dat GAE minder wedstrijden speelt, vloeit het restant terug naar de algemene middelen.
3. Inkomsten (baten) horecaleges
De afgelopen jaren zijn de inkomsten (baten) van horeca-leges structureel te hoog ingeschat, waardoor de begroting op dit punt niet reëel is. Er is een nieuwe prognose gemaakt, waardoor een heroverweging van de baten van horeca-leges noodzakelijk is.
Mede door de (impact van de) coronapandemie, was het lastig inschatten wat de baten van horeca-leges per jaar zouden zijn. Op basis van de baten van afgelopen jaren en een inschatting van 2024, wordt de prognose voor de komende jaren aangepast.
De daadwerkelijke baten van horeca-leges bedroegen de afgelopen jaren:
2022: €78.045 (in 2022 begroot op €135.175)
2023: €86.098 (in 2023 begroot op €141.568)
2024: €80.315 (in 2024 begroot op €152.539)
De verwachting is dat de baten van horeca-leges in 2025 en de jaren daarna uitkomen op €100.000. De tekorten zijn de afgelopen jaren opgevangen binnen programma openbare orde & veiligheid. Dit gaat voor de komende jaren niet meer lukken, vandaar de structurele bijstelling naar beneden van de begroting. Voor de jaren 2026 en verder zal bij de perspectiefnota 2026-2029 een heroverweging worden ingediend.
4. Leges begraafplaatsen
Er zijn twee oorzaken voor het feit dat de begroting begraafplaatsen dit jaar en de komende jaren niet sluitend is.
- Er komen onvoldoende leges binnen uit de grafrechten. De minder opbrengsten bedragen circa €25.000 de komende jaren.
- Er is een nieuwe beheerder begraafplaatsen die ca. €50.000 duurder is dan de vorige beheerder.
Vanaf 2026 is het mogelijk om het nadeel op te vangen door de leges te verhogen. Een benchmark leert dat de gemeente Deventer relatief goedkoop is t.a.v. de leges, waardoor het verhogen van de leges goed is te verantwoorden. Een voorstel voor een tariefverhoging is onderdeel van de perspectiefnota.
Afhankelijk van het legestarief wordt het structureel effect bepaald.
5. Energiekosten
De kosten voor energie zijn de afgelopen jaren fors gestegen. In 2023 is er structureel budget toegevoegd voor dekking van de energielasten binnen programma 3. Deze toevoeging is te beperkt om de daadwerkelijke lasten te dekken. In totaal is het te verwachten tekort structureel €350.000.
Dit bedrag is opgebouwd uit een tekort voor de onderstaande taakvelden van:
- openbare verlichting (taakveld 2.1 verkeer en vervoer) €300.000
- verkeerstechniek (taakveld 2.1 Verkeer en vervoer): €35.000
- havens (taakveld 2.4 Economische havens): €15.000
In het raadsbesluit 2024-689 ‘verduurzaming openbare verlichting’ is besloten de mogelijkheid tot versneld verduurzamen van de openbare verlichting te onderzoeken en te komen tot een bedrijfsplan. Verduurzaming van de openbare verlichting leidt o.a. tot een besparing op de energie en daarmee de energielasten. Onderdeel van het bedrijfsplan is dat (een deel van) de gerealiseerde besparing wordt ingezet voor versnelde verduurzaming van de openbare verlichting. Op basis van het bedrijfsplan wordt het structureel benodigd budget voor energielasten herzien. Derhalve wordt in deze tussenrapportage het nadeel op de energielasten openbare verlichting eenmalig opgevoerd en zijn verkeerstechniek en havens structureel verwerkt.
6. Nieuwe Markt (laatste fase Lebuinuspleinen)
De laatste fase van de Lebuinispleinen leidt tot een verwacht tekort van € 675.000.
- De kosten vallen €250.000 hoger uit door het consulteren van de omgeving (buurt) en de raad om te komen tot een gedragen (definitief) ontwerp en het (opnieuw) uitwerken van een nieuwe variant. Dit betreft voornamelijk ambtelijke inzet;
- Om voldoende waterberging op het plein te kunnen creëren moet extra grond worden afgegraven, waardoor meer archeologische werkzaamheden nodig zijn. De extra kosten bedragen € 100.000,-
- De realisatiekosten liggen €325.000 hoger dan begroot. Als gevolg van het opnieuw moeten consulteren loopt de uitvoering/realisatie van het project vertraging op wat gevolgen heeft op de huidige marktprijzen die vertaald worden in de aanbesteding. Tijdens de vertraging zijn de marktprijzen voor materialen, lonen etc. verder gestegen (geïndexeerd), klimaatmaatregelen leiden tot hogere kosten, en de beoogde beeldkwaliteit door gebruik van hoogwaardige materialen en elementen.
Dit leidt vanaf 2026 tot hogere kapitaallasten van €38.000.
7. Haven
In verband met tegenvallende inkomsten uit de havengelden verwachten we aan het einde van het jaar een tekort van €75.000 op het product economische havens. Voorgesteld wordt dit tekort in 2025 eenmalig t.l.v. de algemene middelen te brengen. Bij de Perspectiefnota 2026 - 2029 wordt voorgesteld de tarieven te verhogen om dit tekort structureel op te vangen.
8. Prauwbanken
De Prauwbanken op de lage Wellekade zijn, na 40 jaar intensief gebruik en vele golven hoog water, in erg slechte conditie. De houten onderdelen dienen te worden vervangen. De adviesraad kunst in de openbare ruimte adviseert om deze vervanging uit te voeren. Het ontbreekt zowel bij programma Kunst, cultuur en erfgoed als bij programma Leefomgeving aan middelen om dit soort vervanging te dekken. Voor deze vervanging is eenmalig €45.000 nodig.
NB vanuit programma Kunst en cultuur wordt gewerkt aan een integraal beheerplan voor kunst in de openbare ruimte.
9. Decentralisatie uitkering bodembescherming 2023-2030
Er is structureel geen dekking voor de apparaatskosten die betrekking hebben op de uitvoering van bodembescherming 2023-2030. Vanuit het Rijk ontvangen we (structureel) middelen ter dekking van deze apparaatskosten, maar deze zijn niet toereikend. Het (structurele) tekort bedraagt €111.502. Op basis van de meicirculaire 2025 kan dit bedrag nog veranderen, maar dat is niet de verwachting.
In 2023 en 2024 is het tekort gedekt vanuit de reserve Bodem. Overschotten uit de rijksuitkering zijn in het verleden gestort in deze reserve. Voor 2025 kan het tekort gedekt worden vanuit de reserve Bodem. Voor de jaren na 2025 zou dit structureel moeten worden opgelost vanuit de algemene middelen. Hiertoe zal een heroverwegingsvoorstel worden ingediend bij de Perspectiefnota 2026 - 2029.
10. Stichting Ulebelt
De stichting Ulebelt is verkeerd geadviseerd door een pensioenadviseur, want de pensioenen van de medewerkers hadden bij Pensioen Fonds Zorg en Welzijn (PFZW) moeten worden ondergebracht in plaats van bij ASR. Vanaf 1 juni 2023 zijn derhalve de pensioenen van de medewerkers bij PFZW ondergebracht. Volgens het reglement van de PFZW moet de Ulebelt het pensioen vanuit het gelijkheidsbeginsel vanaf 2013 aanvullen. Pensioenfonds PFZW heeft na het coulance verzoek van de Ulebelt besloten dat de omvang van de koopsom voor de correctie van de pensioenregeling maximaal €281.133 bedraagt. Stichting Ulebelt heeft al het mogelijke gedaan om dit bedrag te verlagen. Ze hebben een second opinion laten uitvoeren en die bevestigt het eerdere verhaal. De gemeente heeft zelf ook nog een adviseur ingeschakeld en die bevestigt ook dat de Ulebelt verplicht is zich aan te sluiten bij het PFZW en derhalve de koopsom moet voldoen.
De stichting Ulebelt heeft onderzocht of en hoe ze dit bedrag zelf kunnen financieren, maar die mogelijkheden zijn er niet. Derhalve is de gemeente verzocht dit bedrag te financieren, zodat de bedrijfsvoering van de Ulebelt geen gevaar loopt. Binnen het programma is hiervoor geen dekking, dus derhalve het incidentele beroep op de algemene middelen. Rondom deze kwestie is ook een raadsmededeling opgesteld (nr. 2025-112).
11. Reserve Gebiedsontwikkeling
De reserve gebiedsontwikkeling is ontoereikend voor de al begrote onttrekkingen in 2025 voor de uitgaven in de openbare ruimte. Het tekort bedraagt €204.000. Het voorstel is dit tekort te dekken uit de algemene middelen en te storten in de reserve gebiedsontwikkeling. Het betreft uitgaven voor de openbare ruimte in de Centrumschil.
12. Gebiedsmanagementkosten
Sinds september 2022 werkt de gemeente Deventer met de werkwijze van integrale gebiedsontwikkeling. Eerst als pilot voor de Centrumschil; en vanaf 2024 ook voor het gebied Keizerslanden. Om het steeds groter wordende aantal projecten tijdig en met voldoende kwaliteit te kunnen realiseren, wordt een gebiedsgerichte aanpak geprefereerd boven een projectmatige aanpak. Er is meer behoefte aan overkoepelende ambitie en doelstellingen (waar doen we het voor), aan een gezamenlijke programmering (wat gaan we wel en wat gaan we niet doen), aan afstemming tussen partijen en aan meer inzicht in de verdeling van lusten en lasten. De projecten binnen een gebied dienen in samenhang te worden bekeken omdat ze ook op elkaar interacteren. Dit vraagt om een programmatische gebiedsgerichte werkwijze voor ontwikkelingen: integrale gebiedsontwikkeling, om te voorkomen dat we onvoldoende doelmatig werken of financiële kansen laten liggen. De integrale gebiedsontwikkeling is een belangrijke pijler in het Plan van Aanpak aanscherping fysieke projecten. Het doel is om de diverse projecten en activiteiten binnen een gebied beter op elkaar af te stemmen en te coördineren.
Op basis van huidige inzichten worden de gebiedskosten voor Centrumschil en Keizerslanden in 2025 geraamd op €845.000. Dit betreft kosten van de gebiedsmanagers en het gebiedsteam voor het maken van o.a. het gebiedsprogramma (Centrumschil, Keizerslanden) , het raamwerk openbare ruimte (Centrumschil), dynamische parkeerbalans (Centrumschil), communicatie en participatie. Binnen de huidige gemeentelijke begroting 2025 is er dekking voor deze kosten ten bedrage van €417.000. Voorgesteld wordt om het tekort van € 428.000 door te belasten aan de grondexploitaties in de gebieden Centrumschil en Keizerslanden. De structurele oplossing voor de dekking van de gebiedsmanagementkosten zal worden betrokken bij de Perspectiefnota 2026-2029.
13. Uitvoering bijzondere bijstand
Als gevolg van de toenemende complexiteit van dossiers staat de uitvoering van de bijzondere bijstand onder druk. In 2024 is dit knelpunt opgevangen binnen de bestaande formatie en loonsom. De fte-vraag is nog actueel.
14. Ontwikkeling kosten jeugdzorg
Verwacht tekort 2025
De ontwikkeling van de kosten jeugdzorg baart ons grote zorgen. In de afgelopen jaren zijn de tekort opgelopen van €1,3 miljoen in 2022 naar een verwacht nadeel bij de financiële eindprognose van €8,4 miljoen in 2024.
Als we de voorlopige cijfers in de financiële eindprognose 2024 doortrekken naar 2025, is het verwachte tekort ten opzichte van de begroting €6,9 miljoen. Het tekort is kleiner dan in 2024 omdat we vanuit de reserve Hervormingsagenda Jeugd incidenteel een deel van het tekort kunnen dekken. We hielden in de begroting 2025 al rekening met een putting uit deze reserve van €2,7 miljoen. De begroting 2025 is dus al met €2,7 miljoen opgehoogd. In deze 1e tussentijdse rapportage stellen we voor om €945.000 te putten uit deze reserve ter dekking van het tekort. Hiermee resteert een tekort van €6 miljoen dat gedekt wordt vanuit de algemene middelen.
Advies Deskundigencommissie Hervormingsagenda Jeugd
We zien de afgelopen jaren een enorme stijging van het volume van de zorg per cliënt. Dit wordt veroorzaakt door een aantal ontwikkelingen die ook geschetst zijn in het rapport "Groeipijn " van de deskundigencommissie Hervormingsagenda Jeugd dat eind januari is aangeboden aan de Tweede Kamer:
- Gezinsproblematiek
- Prestatiedruk
- Geloof in maakbaarheid van de samenleving
- Onrust in de wereld
- Invloed van sociale media
In het rapport wordt aangegeven dat vraag en aanbod van jeugdzorg niet in evenwicht zijn en dat er te weinig flexibiliteit in de jeugdzorgketen zit om te kunnen op- en afschalen.
Financieel is geadviseerd aan de Tweede Kamer om de ontstane tekorten bij gemeenten in 2023 en 2024 voor de helft te compenseren. Voor de besparingen die door het Rijk vanuit de Hervormingsagenda Jeugd zijn ingeboekt vanaf 2025 is geadviseerd om deze in de Rijksbegroting tot 2028 als PM-post op te nemen. Eerst zal gekomen moeten worden tot reële en meetbare besparingsdoelstellingen, bijbehorende prestatie-indicatoren en monitoring. Wanneer het inzicht uit de prestatie-indicatoren en monitoring leidt tot zicht op de ontwikkeling van besparingsdoelstellingen, kan de PM-post ingevuld worden. Voor de indexatie van het volume wordt geadviseerd om aan te sluiten bij de ontwikkeling van de verwachte reële groei van de totale netto zorguitgaven in de komende jaren. Voor 2025 bedraagt deze 4,7%. Vanaf 2028 zal er een nieuw financieringsmodel voor jeugd moeten komen dat passend is bij de besturing van de jeugdzorg.
Of en in hoeverre de Tweede Kamer de adviezen gaat overnemen, is afhankelijk van de behandeling van de Voorjaarsnota 2025. De uitkomsten hiervan voor gemeenten zullen worden meegenomen in de Meicirculaire 2025.
Meerjarige ontwikkeling jeugdzorgkosten
Bij de Perspectiefnota 2026-2029 zal de meerjarige ontwikkeling van de jeugdzorgkosten in beeld gebracht worden. Daarbij kijken we welke mogelijkheden we binnen de gemeente Deventer zien om de toename van de jeugdzorgkosten te beheersen.
15. Kermissen
De totale begrote pachtopbrengsten voor beide kermissen dit jaar zijn € 371.000. Daarvan wordt € 293.000 gerealiseerd; met een tekort van € 78.000. De kosten voor beide kermissen zijn nu nog niet volledig in beeld, maar we verwachten hier een tekort van € 86.000. Oorzaken zijn inflatie, personeelstekorten en beveiliging (inzet en stijging uurloon CAO). De verwachting is dat de prijzen in 2025 verder zullen stijgen en daarmee hoger uitkomen dan de begrote kosten, maar dat het verschil minder groot zal zijn dan in 2024.
De tekorten worden voornamelijk veroorzaakt door de Paaskermis. Hier zijn hogere kosten voor rijplaten voor de drassige grond van het evenemententerrein te verwachten, alsmede kosten voor geluidsonderzoek en geluidsbeperkende maatregelen. De pachtsommen voor de inschrijvingen van de Paaskermis lieten jaren een dalende trend zien, maar de Paaskermis is steeds beter gevuld, investeringen beginnen langzaamaan te lonen, en er wordt gewerkt met vaste contracten voor enkele jaren wat zekerheid met zich meebrengt.
De opbrengsten van de Zomerkermis laten een wisselend beeld zien. Wel is er een dalende trend merkbaar. Herinrichting van pleinen, aanvullende eisen brandweer en een goede balans tussen vermaak- en speelzaken hebben nadelige effecten op de opbrengsten.
Voor dit structurele knelpunt zal een heroverwegingsvoorstel worden ingediend bij de perspectiefnota 2026-2029.
16. Nieuwe aanbesteding opzetten van de markt
Eind 2024 werd meegedeeld dat de huidige aanbieder stopte met het faciliteren van de wekelijkse warenmarkten op de Brink. Het gaat om het klaarzetten en opruimen van o.a. ondergrondse putkasten elektra, extra elektra verdeelkasten, kranenstelsel drinkwater en het neerleggen van rubbermatten. Om de markt door te kunnen laten gaan, moest er direct een andere aanbieder van deze diensten worden gezocht. Hiermee is tot 1 april 2025 een contract gesloten voor in totaal €3.000 per maand. Inmiddels is ook een aanbestedingstraject afgerond en dit heeft een aanbieder opgeleverd die bovenstaande taken voor €2.475 per maand zal gaan uitvoeren. Ten opzichte van de eerdere aanbieder die de markt de afgelopen jaren heeft gefaciliteerd voor €1.500 per maand is dit een verhoging van €975 per maand, en €11.700 op jaarbasis. Voor 2025 komen daar de extra kosten bij van het tijdelijke contract tot 1 april (€1.575). Voor de jaren 2026 en verder zal er een heroverwegingsvoorstel worden ingediend bij de perspectiefnota 2026-2029.
17. Organisatieontwikkeling
In februari 2025 bent u via raadsmededeling 2025-77 geïnformeerd over de organisatie ontwikkeling. We hebben bij de financiële consequenties gemeld dat de kosten grotendeels gedekt worden uit de bestaande begroting. We hebben daarnaast gemeld dat we voor 2025 en 2026 incidenteel aanvullende dekking nodig hebben om ingroei naar structurele bekostiging mogelijk te maken. We gingen hierbij uit van een minst gunstige scenario. Dit bedroeg over de jaren 2025 en 2026 € 990.000. Met name de uitkomst van het plaatsingsproces, waarin in de berekening was uitgegaan van 12 fte boven formatieve senior beleidscapaciteit, zorgt ervoor dat die boven formatieve capaciteit voor een groot deel niet hoeft te worden ingevuld. Ook de verwachte latere invulling van een aantal vacatures leidt tot minder eenmalige extra kosten in 2025. Er resteert nog € 380.000 waar we geen dekking voor hebben.
In de tweede helft van 2025 wordt meer duidelijk of er op bepaalde beleidsterreinen aanvullende seniorcapaciteit nodig is, door het vervallen van de inhoudelijke taken van de programmamanagersfunctie. Dit betrekken we bij de tweede tussentijdse rapportage.
Daarnaast geldt dat we na afronding van de totale werving en selectie van de sturende functies in de zomer van dit jaar een goed onderbouwd beeld hebben van de eenmalige en structurele frictiekosten. Deze komen aan de orde in de tweede tussentijdse rapportage.
Tenslotte stellen we bij de Perspectiefnota 2026 – 2029 voor om twee Fte lijnmanagement ten behoeve van de nieuwe hoofdstructuur te dekken uit de algemene middelen. Het gaat om de structurele uitbreiding met 1 directeur en 1 teamleider.
18. Herhuisvestingsplan gemeentelijke organisatie
We vinden het belangrijk dat alle medewerkers van de gemeentelijke organisatie vanuit het Stadhuis werken. Dat is nu nog niet het geval. Team toegang jeugd werkt nog vanuit een dislocatie. Daarnaast willen we bereiken dat de huisvesting in het Stadhuis zoveel mogelijk aansluit bij de ketens van samenwerking. De nieuwe hoofdstructuur in domeinen vormt hier een belangrijke basis. Deze beide zaken leiden tot aanpassingen in de huisvesting in het Stadhuis. Naast aanschaf van bureaus en vergadermeubilair is het merendeel van de kosten gemoeid met de bouwkundige ingrepen in de publiekshal. Voldoende en kwalitatief goede spreekruimtes met onze inwoners vragen om de nodige aanpassingen.
De investering bedraagt € 789.556. De kapitaallasten voor deze investering bedragen jaarlijks €96.334 vanaf 2026.
Deze kunnen worden gedekt door vrijval van kapitaallasten op inrichtingskosten. In 2026 is er dan nog een tekort van €59.155 dat gedekt kan worden door een eenmalige putting uit de reserve huisvesting ambtelijk apparaat. Vanaf 2027 is de vrijval van kapitaallasten hoger, omdat dan de afschrijvingstermijn afloopt van investeringen met een termijn van 10 jaar die zijn gedaan bij het betrekken van het Stadhuis. Vanaf 2027 kunnen de kapitaallasten daardoor volledig worden gedekt binnen het programma.
Het team Toegang Jeugd dat nog gehuisvest is in het pand Schurenstraat komt over naar het Stadhuis zodra daar extra spreekkamers zijn gerealiseerd. Het huurcontract Schurenstraat loopt nog tot 31 maart 2027. Wanneer de gemeente vanaf dat moment dit pand niet meer nodig heeft kan het huurbudget vrijvallen.